|
Ex-drugsverslaafde Flip Doesborg:
“Mensen clean krijgen is nu mijn levensvervulling”
Het begon allemaal met een onschuldige joint. Het eindigde in de echte heroïne scene. Nu werkt hij bij afkickcentrum Narconon.
Ik ben nogal beschermd opgevoed, in een klein dorpje in Brabant, ver van de boze buitenwereld. Ik was nog enig kind ook. Op mijn zestiende rookte ik mijn eerste joint, gewoon om mee te doen, om erbij te horen. Ik voelde me daar goed bij. Ik meende uit te dragen wat ze in de sigarettenreclames suggereren: het avontuur, cool zijn, het experiment. Op school ging het niet echt lekker. Ik was bepaald niet dom, maar het kwam er gewoon niet uit. Maakte de MTS niet af, had geen zin. Ging toen maar werken, bij een chemisch bedrijf waar ik ook stage had gelopen.
Ik kreeg een vriendin. Op een zeker moment vertelde ze dat ze verslaafd was geweest, maar dat ze nu clean was. Ik was enorm geschrokken en heb haar toen drie maanden niet willen zien. Om haar echt te kunnen begrijpen en te helpen, dacht ik, moet ik weten wat het is om heroïne te gebruiken. Toen ik eenmaal heroïne had geproefd, ging het snel. Op mijn zevenentwintigste realiseerde ik me dat waar was wat ze zeiden: ‘eens een junk, altijd een junk’. Mijn gevoel van eigenwaarde was weg en dat opende de deur naar het harde criminele circuit, zo van ‘OK, maar dan echt auto’s jatten’.
Mijn baan had ik inmiddels opgezegd. Had eens de auto van mijn baas geramd, kreeg direct ontslag. In een volgende baan begon ik ook steeds meer fouten te maken. Heb toen maar zelf ontslag genomen, om daarna van mijn spaargeld te gaan leven — zolang als het duurde.
Zes jaar zat ik in de scene van heroïne-gebruikers. Alles draaide om heroïne gebruiken en aan geld komen. Kon met de handtekening van mijn moeder bij het postkantoor geld opnemen; dat zou nu niet meer kunnen. De bedragen die ik zo heb verkregen durf ik niet te noemen, nou, het is in de orde van grootte van een ton, in guldens weliswaar. Heb eens op een vroege zondagochtend de portemonnee van een kelner gejat. Daar zat de omzet van de zaterdagavond nog in, een paar duizend gulden.
*********************************
Op mijn zestiende rookte ik mijn eerste joint, gewoon om mee te doen, om erbij te horen.
*********************************
|
De enigen met wie ik omging waren mijn drugsmaatjes, maar ik moest ondervinden dat ik die niet kon vertrouwen. Heb mijn auto eens uitgeleend, de autopapieren erin laten zitten, die was ik dus kwijt.
Toen ik eens opgepakt was voor diefstal, kreeg ik voor het eerst methadon. Toen ze vroegen hoeveel heroïne ik gebruikte, zei ik “een halve gram”, terwijl ik maar een kwart gebruikte. Ik dacht: dan krijg ik meer methadon. Werd knetterstoned, lekker. Kreeg de eerste drie keer een roes, daarna hield dat ook op. Voelde het in mijn spieren en botten. Ik had er nu een drug bij.
Nu ik methadon kreeg, hield ik geld over. Dat besteedde ik aan cocaïne, hasj en drank.
Ik las een krantenartikel over Narconon. Het sauna-programma sprak me erg aan. Ik heb meteen gebeld, de dag erna ben ik gekomen. Dat is nu veertien jaar geleden. Door het programma heb ik de hele afkick, cold turkey, ervaren als niet meer dan een lichte griep. Na een week communicatie-oefeningen wist ik dat ik niet meer terug zou vallen.
Het onder ogen zien van het verleden viel me wel zwaar. Mijn moeder had eerst geen vertrouwen dat ik ooit clean zou worden. Pas toen ik hier drie maanden zat, is ze een keer langsgekomen.
Hoe mijn relatie met mijn moeder nu is? Uitstekend. Ze is een heel goede vriend van me. Ze is apetrots op mij en op wat Narconon doet.
Mij werd toen gevraagd of ik wilde werken in Narconon. Zelfvertrouwen had ik niet, maar ben toch begonnen. Ik werk hier nu dertien jaar, zit op mijn plek. Het is mijn levensvervulling geworden.
Die zes jaar heb ik niet geleefd, ik ben ze doorgekomen. Terwijl ik daarvoor best intens leefde, nu trouwens nog meer. Het leven is hartstikke mooi.”
|
|